Norway: The Sane and the Insane
“De kogels kwamen niét van Rechts maar van een krankzinnige”
door Dr. Manfred Gerstenfeld
Vorige maand concludeerden twee door de rechtbank aangestelde forensische psychiaters dat de ideologische massamoordenaar Anders Behring Breivik – die in juli 77 Noren vermoordde – geestelijk krankzinnig is. Andere deskundigen gaan niet akkoord. Een opiniepeiling toonde aan dat 48 procent van de Noren gelooft dat hij geestelijk niet gestoord is. Breivik zelf voelde zich beledigd door de opvatting van krankzinnigheid.
Veel meer vragen zouden nochtans internationaal moeten worden gesteld. Eén luidt: Indien Breivik schizofreen wordt verklaard, kan dan iedereen die extreme gewelddaden pleegt gebaseerd op een ‘ideologie’ nog als normaal worden beschouwd? Antwoorden op die vraag kunnen elders worden gevonden. De Venezolaanse terrorist Ilich Ramirez Sanchez – beter gekend als ‘Carlos de Jakhals’ – zit een levenslange gevangenisstraf uit in een Franse gevangenis. De islamitische wereldvisie van Mohammed Bouyeri bracht hem ertoe om de Nederlandse mediamaker Theo van Gogh in 2004 te vermoorden. Hij werd in Nederland tot levenslange opsluiting veroordeeld.
De vraag betreffende de geestelijke gezondheid van terroristen zou in de eerste plaats in de Moslimwereld moeten worden gesteld. Hoeveel van hen, die duizenden burgers in Irak en Afghanistan vermoordden en verminkten, zijn normaal? Dezelfde vraag geldt ook betreffende de tientallen miljoenen Jihadistische Moslims en hun geestelijke leiders die zelfmoord bommenleggers aanmoedigen. Hoe normaal zijn de Palestijnse leiders die de moordenaars van Israëlische kinderen en vrouwen verheerlijken?
Sommige waarnemers verdenken de Noren ervan dat, door Breivik geestelijk krankzinnig te verklaren, het land probeert om zichzelf voor zijn daden vrij te spreken. Het argument wordt dan: “Een echte Noor zou nooit dergelijke moordende daden begaan. Breivik is inderdaad blond maar hij is geestelijk krankzinnig en daarom niet zoals wij.” Aldus kan het land de mythe van de ‘Goede Noren’ in stand houden.
Snel verder lezen KLIKKEN op –>>
De kwesties die in het middelpunt staan van de Noorse discussies zijn slechts van tweede orde. De aandacht zou beter op veel belangrijkere kwesties toegespitst moeten worden eerder dan naar de geestelijke gezondheid van Breivik. Zijn moorden werden elders gebruikt door de Noorse linkerzijde en door anderen van een gelijkaardige overtuiging, om diegenen aan te vallen die worden opgenoemd in de lange ‘ideologische’ verhandeling van Breivik, alsof zij de aanstichters van zijn daden waren. Hierin zijn begrepen mensen zoals de auteurs Bat Yeor die over Eurabia schreef, de leider van de Nederlandse Partij Voor de Vrijheid [PVV] Geert Wilders en de Amerikaanse auteur Bruce Bawer die in Noorwegen woont. “De kogels kwamen van Rechts,” was de boodschap, terwijl het in feite moest zijn: “De kogels kwamen van een geestelijk krankzinnige.” Bawer heeft aangekondigd dat zijn boek “The New Quislings” omtrent de ‘Noorse uitbuiting door Links’ van de Breivik moorden binnenkort zal gepubliceerd worden.
Een paar dagen alvorens Breivik krankzinnig werd verklaard, hield de Noorse vice-minister voor Defensie Roger Ingebrigtsen een voordracht aan de Universiteit van Ottawa omtrent strategische militaire kwesties. Hij dwaalde echter van zijn onderwerp af en besprak het manifest van Breivik, dat hij een “lang en onsamenhangend document,” noemde, “drijvend op invloeden van cultureel conservatisme, rechts populisme, ultra-nationalisme, Islamophobia en rechts Zionisme.”
In vele Europese landen, bespreekt men in het openbaar geen erg belangrijke aspecten van een lopende rechtszaak. Voor Ingebrigtsen was dit blijkbaar geen relevante overweging. Hij was niet benieuwd om te weten hoe relevant het document van Breivik nog zou zijn indien hij mentaal krankzinnig werd verklaard. Of dat de Noren net zoals ook hij, zich moesten verontschuldigen tegenover hen die zij demoniseerden. Noch verwees hij naar de inspiratiebronnen van de brief van die ‘geestelijk gezonde’ Mohammed Bouyeri die hij met zijn mes in het lichaam van Van Gogh plofte. Daarin werden haatpassages geciteerd uit de Islamitische traditie.
Vele leden van deze – verondersteld geestelijk gezonde – Noorse politieke en culturele elite, blinken uit in het demoniseren van anderen. Israël is hun favoriete doelwit geworden. De jeugdbeweging AUF van de Noorse Arbeiderspartij onderwijst kinderen van amper veertien jaar oud om Israël te haten. Dat was zo bijvoorbeeld het geval op het kamp op Utoya waar Breivik zijn afschuwelijke misdaden beging. Toen de moordenaar begon te schieten, dachten sommige jongeren dat zij een demonstratie kregen waarin werd getoond hoe de Israëlische militairen op Palestijnse burgers schieten. Het klinkt ongelooflijk, maar de Duitse journalist Ulrich Sahm die dit publiceerde heeft overtuigende bronnen.
Een meester in anti-Israëlische haatzaaierij is de minister voor Buitenlandse Zaken Jonas Gahr Stoere. Deze politicus van de Noorse Arbeiderspartij beschuldigde onlangs Israël van ‘schijnverdrinking’ [water-boarding] martelpraktijken omdat het fondsen voor de Palestijnen inhield. De grootste uitgever van Noorwegen Cappellen Damm publiceerde onlangs een boek voor kleine kinderen dat aanzet tot haat tegen Israël, dat er valselijk van wordt beschuldigd water achter te houden voor de mensen in Gaza. De Culturele Raad voor Verwerving heeft de distributie van het boek aan de Noorse bibliotheken goedgekeurd.
Deze vrijdag zal de Noorse minister voor Kerkelijke Zaken Rigmor Aasrud (Arbeiderspartij) een tentoonstelling in Oost-Jeruzalem bezoeken met de werken van de Noorse kunstenaar Hakon Gullvag, die goed bekend is om zijn hatelijke anti-Israëlische schilderijen. Het Noorse ministerie voor Buitenlandse Zaken sponsorde vorig jaar een tentoonstelling van de kunstwerken van Hakon in Damascus, Beiroet en Amman. De Noorse premier Jens Stoltenberg (Arbeiderspartij) heeft Gullvag aanbevolen voor zijn Israël-haatschilderijen, opmerkende dat zij de benarde toestand van de Palestijnse kinderen op de agenda zetten.
Wijdverspreide demonisering van Israël door de Noorse regering en door anderen, hebben ertoe bijgedragen in Oslo een atmosfeer te scheppen waardoor een derde van de Joodse kinderen in de Hogescholen minstens twee tot drie keer per week verbaal of fysiek worden aangevallen.
Na de Breivik moorden, zei de Noorse premier Jens Stoltenberg dat het antwoord van Noorwegen op de moorden meer openheid en meer democratie moet zijn. Nochtans hebben de autoriteiten niets gedaan om dit te bevorderen. In tegendeel, er is thans nog meer intimidatie van ‘politiek incorrecte’ politieke woordvoerders dan vóór de Breivik moorden.
Al het hierboven geciteerde bevestigt dat de kritiek van de van overheidswege aangemoedigde perversiteiten in Noorwegen, een belangrijke inbreng van buitenlanders vereisen die zich niet laten intimideren door het ‘progressieve’ etablissement van het land.
20 december 2011